The Last Post (from Down Under)

Het is groen en het heeft wollige witte stipjes? De wijdse weilanden van Nieuw Zeeland met hun 50 miljoen schaapjes.

We realiseren ons pas echt dat we in Nieuw Zeeland zitten als het kippevel op onze armen staat in Christchurch luchthaven. 19° C is het hier…
Onze weg gaat richting zuiden. Het stuk dat we in 1998 niet gedaan hebben.
Perfecte wegen lopen door verbazingwekkend mooie natuurwonderen, over heuvels en bergen. Ze zijn vaak verlaten wat een ongerept gevoel van ruimte schept. We rijden door boerenland, bergland, kust en tropische wouden, en deze variatie allemaal binnen een paar uur.

Oamaru is bekend om zijn verschillende pinguin kolonies. Voor ons dus reden genoeg om hier bij valavond post te vatten waar ze aan land waggelen. De kleinste pinguins zijn de blauwe. Maar uniek op wereld zijn de geel-oogigen. Die zien we samen met zeehonden en dolfijnen op onze route langs de ‘Catlins Coast’. Deze ‘Southern scenic drive’ is zelfs nog mooier dan de ‘Great Ocean Road’ in Australie. Hun 12 apostelen worden door deze 10 Nieuw Zeelandse Ursulinnen (Nugget Point)  in de verdediging gedrukt.
Ook Moeraki Boulders is erg apart met zijn grote perfect ronde reuzeknikkers, kris kras over het strand gedropt. Daarna is een lunchke  bij ‘Fleurs place’ een must!  Fleur is naast restaurateur ondernemer, ook auteur.  Haar biografie lonkte reeds enkele malen naar mij, en het toeval bracht ons bij elkaar…  Ze inspireerde me voor een 6vitesse-on-tour interview. Het resultaat ervan lees je straks onder ‘interviews’.
Verder naar het zuiden stoppen we bij de indrukwekkende ‘cathedral cave’ die enkel bij laag tij te bezoeken valt, en het ‘petrified forest’ met zijn versteende boomstronken die stammen uit het Jurassic tijdperk.
Overnachten doen we in Bluff, het zuidelijkste punt van Nieuw Zeeland, en bekend om s’werelds lekkerste oesters. We voorzien ons van een voorraadje zodat ook de volgende picnic in het Fjordland National Park een feest wordt.

Vanuit het pittoreske Te Anau beginnen we aan 172 schilderachtige kilometers naar Queenstown, de kosmopolitische adrenaline hoofdstad van de wereld. Queenstown was vroeger een nederzetting van de Maori’s maar zij trokken er weg toen omstreeks 1835 de eerste westerse kolonisten aankwamen.
Kortbij ligt Glenorchy en Paradise. Deze omgeving is onze ‘home away from home’ sinds 1998. (Insiders kennen het verhaal). We schrijven ons uit nostalgische redenen in voor de woeste tocht per jetboot door de kloven van de onstuimige dartriver, waarbij je over stroomversnellingen heen wordt geschoten, rakelings langs rotsen scheert, en door messcherpe bochten scheurt. Heerlijk kicken!
Daarna wippen we toch even binnen bij Jim, de eigenaar van Arcadia in Paradise en de plek die ooit bijna onze thuis was . Het was een zeer onverwacht warm en hartelijk weerzien.

De weg naar Mount Cook is net een prentboek met de gele heuvels van graanvelden afgewisseld met het blauwe meer van Pukaki. Mount Cook is de hoogste berg van Nieuw-Zeeland. Daar zijn we benieuwd naar. De besneeuwde bergtop steekt 3753 meter boven zeeniveau uit. De Maori noemen de berg Aoraki, wat ‘hij die de wolken doorboort’ betekent.  Het kan kloppen want blijkbaar ligt  Mount Cook  twee-derde van de tijd in de wolken.  Sommige toeristen denken zelfs dat hij een fabeltje is…
Maar wat een spectaculair panorama  als het watten deken rondom de berg is verdwenen.

De boottocht op het Tasman gletsjermeer is interessant.  We varen tussen de ijsblokken die al een hele reis hebben afgelegd vanaf de gletsjer. Heel speciaal. Het is al vast een mooi voorsmaakje op het volgende deel van de wereldreis:  de noordpool.
Een mooie afsluiter op weg naar de luchthaven is Lake Tekapo, het felblauwe  juweel van Nieuw Zeeland’s Mackenzie Country. Maar in Christchurch brengen de resten van de recente veelvuldige aardbevingen, en de impact van deze de brute realiteit voor de bewoners ons met de voetjes op de grond. Ook deze mensen hadden ooit een droom

Nieuw Zeeland  is in elk geval een land dat niet te klagen heeft over schitterende landschappen en onvervuild natuurschoon. Maar ondanks al dit roept ‘die heimat’….
We kijken ernaar uit om familie en vrienden terug te zien vanaf 21 maart. En één ding is zeker:  Doenix wordt doodgeknuffeld!!! Nu eerst enkele weken om alles te verteren en om ons deel 2 van de reis voor te bereiden.

En gewoon als reminder voor iedereen die ons volgt:  “Don’t let weeds grow over your dreams !”


« van 2 »

2 comments